|
Post by admin. on May 22, 2008 15:20:05 GMT 2
[/b] Banning haalde diep adem na uitgesproken te zijn, keek verontschuldigend naar Cleo en richtte zijn aandacht daarna op Adam. Zonder verder nog iets te zeggen knikte hij, trok zijn toverstok en wendde zich af, om een aantal spreuken uit te spreken. [vergeef me mijn isnpiloosheid ] [/sup][/ul]
|
|
|
Post by melien on May 27, 2008 17:19:56 GMT 2
Adam stapte opzij, zodat hij niet langer achter Cleo stond. Daarna richtte hij zijn toverstaf pas zo dat hij de spreuk uit kon spreken. Alhoewel hij niets zei schoot er wel een lichtgele straal uit zijn stok. Hij sprak niet graag, vooral neit als het op spreuken aankwam. En dat zou hij niet veranderen voor een onbenullig karweitje voor professor Banning. Alhoewel hij met alle geweld níet naar Cleo probeerde te kijken, betrapte hij zichzelf er toch op dat hij niet helemaal gefocust was op het feit dat hij toverspreuken uitsprak. Zijn blik én zijn gedachten dwaalden constant af naar Cleo. Zonder duidelijke reden.
(ik ben ook niet veel beter op dit moment.....)
|
|
|
Post by admin. on Jun 3, 2008 20:41:37 GMT 2
|
|
|
Post by melien on Jun 5, 2008 16:43:13 GMT 2
Adam werd zo afgeleid van Cleo dat hij zich niet helemaal meer concentreerde op het uitspreken van toverspreuken. Nu was het niet zo dat het echt heel erg moeilijke spreuken waren, maar je moest je er toch wel degelijk voor concentreren. Hij wilde weer een spreuk 'uitspreken' zodat de vloer ontdaan werd van takjes en bladeren, maar zijn gedachten dwaalden midden in de spreuk af naar Cleo. In plaats van het feit dat alle takjes en bladeren weg schoten naar de zijkanten, schoten ze naar het midden en wel zo dat je het gezicht van Cleo erin zou kunnen herkennen als je goed keek. Het duurde enkele seconden voordat Adam het door had, maar toen hij het doorhad focuste hij zich er weer op om de spreuk nu wel goed uit te spreken. Een tweede keer ging het nog mis waardoor er ineens Cleo's naam stond. De derde keer ging het echter wel goed en alle takjes en bladeren waren eindelijk verdwenen. Had je aan zijn gezicht of houding kunnen zien hoe hij zich voelde - wat niet zo was - zou je zo merken dat hij zich ervoor schaamde. (*prikt post* ja ik weet dat het een flut ding is.. maar ik kon niks goeds verzinnen )
|
|
|
Post by admin. on Jun 5, 2008 17:26:53 GMT 2
[/b] Banning's stem liet Cleo opschrikken uit haar gedachten, hoewel ze niet wist waar het over ging. Direct wendde ze haar blik, die op de grond gericht was, op de leraar, die weer naar Adam keek. Voor een moment twijfelde ze, maar toen besloot ze dat het een uitstekend excuus was. Even keek ze over haar schouder, naar Adam, maar ze had geen idee waaróm. In ieder geval hoefde ze haar blik niet af te wendden zolang professor Banning ook naar Adam keek. 'Lukt het?' Hoewel er een grote grijns op Banning's gezicht stond, klonk zijn stem redelijk serieus. Of hij precies gezien had wat er gebeurd was was een twijfelgeval, maar het was duidelijk dat hij wél doorhad dat het bij Adam niet in één keer lukte. Cleo had geen idee waar het over ging, maar haar nieuwsgierigheid was gewekt. Op zich was ze niet zo nieuwsgierig - maar vandaag was toch alles al anders. Sinds het moment dat ze Adam tegen kwam in de leerlingenkamer twijfelde ze, overvielen talloze onzekerheden haar en hield ze zichzelf nauwelijks in bedwang. Zonder op een antwoord te wachten schudde professor Banning zijn hoofd en richtte zijn blik op Cleo. 'Ken je een spreuk die van pas kan komen?' Cleo haalde haar schouders op en pakte nonchalant haar toverstok uit haar mouw, waardoor Banning's blik iets verstrakte. Ook Cleo had dit door, maar ze probeerde het te negeren. 'Ja,' antwoorde ze koelbloedig, haar bruine ogen op Adam gericht. Even schudde ze haar hoofd, wendde haar blik af en sprak nonverbaal een spreuk uit. Ergens was ze ineens blij met het feit dat ze dingen uit kon bannen - hoewel dit gevoel ineens een stuk moeilijker leek. Hetgene wat ze nu voelde leek alles te overheersen, maar ze kon zich nog net genoeg concentreren om een spreuk fatsoenlijk uit te spreken. Ze kon het zich niet veroorloven om iets fouts te doen, vooral nu Banning haar al niet te vertrouwen. Tevreden keek ze naar het resultaat van haar spreuk, die er voor zorgde dat enkele boomstammen tot bankjes gevormd werden. Het was een vrij simpele transfiguratie-spreuk, maar ze was blij dat ze hem kende. Hij kwam uitstekend van pas, vooral op momenten als deze. Een zwakke glimlach verscheen op haar gezicht terwijl ze bekeek hoe in het hout kleine versieringen ontstonden. Ach, ze hield van kleine details en accesoires, en sierlijke krullen waren daar deel van. Terwijl de krullen in het hout zich verder ontwikkelden, leek er een klein beetje plezier op haar gezicht te ontstaan. Hoe ongelukkig ze ook altijd was, vandaag voelde ze zich stukken beter. En dat zou ze bewijzen, puur bij het uitvoeren van goede spreuken. Spreuken die niet meerdere keren gedaan hoefden te worden. In tegenstelling tot Adam leken haar twijfels haar meer te helpen dan tegen te werken. [/ul][/size][/font]
|
|
|
Post by melien on Jun 5, 2008 19:28:07 GMT 2
Adam vervloekte de spreuk die hij zojuist had gebruikt. Hij vermeed het om naar Cleo te kijken. Daarvoor keek hij echter naar professor Banning. "Maar natuurlijk. Waarom zou het niet moeten lukken?" vroeg hij nonchalant. Nee, het lukte niet echt maar dat hoefde de profesor niet te weten. Hij zette een zelfverzekerde grijns op, hij zei echter niets meer over het incident. Hij keek weer naar Cleo, maar dit keer naar haar gezicht voor de verandering. Toen hij de glimlach zag kreeg hij hem niet meer uit zijn hoofd. Hij keek weg en schudde lichtjes zijn hoofd. Wat was er nu weer aan de hand met hem? Hij richtte zijn toverstaf weer op de grond en mompelde amper hoorbaar een spreuk. Een grote ronde cirkel verscheen op de grond die een bepaald gebied om sloot. Op zich niets speciaals, maar als je een tweede keer keek zag je dezelfde roos die hij ook op zijn onderarm had.
|
|
|
Post by admin. on Jun 5, 2008 19:49:25 GMT 2
[/b] fluisterde ze, bijna onhoorbaar, zonder om te kijken naar Adam. Haar maag leek ineen te krimpen, terwijl een ander gevoel haar opluchtte. Ze wist het niet te benoemen, maar ze wist wel dat dit niet was wat ze wilde. Totaal niet, zelfs. Houdt toch op, Cleo, sprak ze zichzelf toe, maar het leek niet te helpen. Alles wat ze met succes uit had geband, leek terug te komen, en dat was precies wat ze vreesde. Geïrriteerd, en zelfs een tikkeltje zenuwachtig, beet ze op haar lip en staarde doelloos voor zich uit. Door de mengeling van gevoelens begon ze zich misselijk te voelen, maar ze zou er niet aan toe geven. Nooit niet, niet nu ze alles voor elkaar had. Ze was zo goed als emotieloos, sterk, en het enige waar ze tegen streed was onzekerheid. Nu... leek alles weer boven te komen. Ze kon het niet benoemen. Haar glimlach verdween, haar gezicht kreeg weer dezelfde, kalme uitstraling. Wat bleker als normaal, weliswaar, maar ze weigerde toe te geven aan zwaktes. Misselijkheid was een zwakte. 'Cleo, zou je-' Banning maakte zijn zin niet af, aangezien Cleo wegstrompelde en op één van de houten bankjes neerplofte, met het gevoel alsof ze bijna bezweek onder de emoties. Dit kón niet. Niet na al die jaren van verberging, nu ze alles eindelijk vergeten kon als ze dat wilde. Niet na al dat werk dat ze eraan gedaan had. Het mócht gewoon niet! Datgene wat ze voelde kón niet zijn wat ze dacht dat het was. Ze was er als de dood voor. Ze voelde zich beter bij Adam in de buurt, zelfs iets gelukkig - en dat waren tekenen die ze uit verhalen kende. Haar vader had haar als kind al verteld hoe het was om verliefd te zijn, tot in de kleinste details. Ze mocht het gewoon niet opgeven! [/ul][/font]
|
|
|
Post by melien on Jun 5, 2008 20:18:56 GMT 2
Zijn gedachten dwaalden weer af naar Cleo toen hij de roos zag. Hij keek naar haar en merkte de verandering op. Hij negeerde de blik van professor Banning. In plaats daarvan kreeg hij ineens de neiging om naar haar toe te lopen en haar in zijn armen te nemen. Dit verwarde hem echter alleen nog maar meer. Hij keek weer weg van haar, weer naar de grond. Hij probeerde krampachtig aan een spreuk te denken die hij nog kon toepassen, maar echt iets bedenken kon hij niet.
Zijn toverstok liet hij in zijn mouw verdwijnen. Hij had geen flauw idee wat hij moest doen. Hij volgde Cleo met zijn ogen. Het leek wel alsof er iets mis was. Hoe graag hij ook zou willen weten wat er was, hij was te erg in de war om naar haar toe te lopen. Hij liet zijn blik glijden over de open plek die niet eens meer als open plek te herkennen viel. Hij probeerde weer een toepasselijke spreuk te verzinnen, maar zijn gedachten schenen alleen nog maar rondom Cleo te kunnen draaien.
Een zucht ontsnapte aan zijn lippen. Wat moest hij daar nou mee? Precies, helemaal niets. Hij zakte door zijn knieën, steunend op zijn rechter knie. Met zijn linkerhand pakte hij wat aarde op. Er kwam ineens een idee in hem op. Binnen enkele seconden had hij zijn toverstok weer in zijn hand. Hij wees ermee naar de aarde in zijn hand en mompelde een spreuk. Hij wist niet zeker of het goed zou gaan, deze spreuk had hij nog niet echt in de praktijk gebracht. Een triomfantelijke glimlach kwam echter op zijn gezicht te staan toen de aarde in zijn hand inderdaad in een gele zonnebloem veranderde.
In alle rust kwam hij weer overeind. Hij keek weer naar Cleo en twijfelde toch nog even. Uiteindelijk kwam hij echter in beweging. Rustig liep hij naar Cleo toe, zijn toverstok was alweer verdwenen. Hij ging rustig naast haar zitten en hield de bloem voor haar gezicht. "Een glimlach staat je leuker." zei hij zachtjes. Hij meende het, maar hij wist niet hoe zij het zou opvatten. Als hij er überhaupt over nadacht was dit het eerste dat hij echt tegen haar had gezegd.
|
|
|
Post by admin. on Jun 6, 2008 15:21:55 GMT 2
[/i] Geschrokken schudde ze haar hoofd en slikte moeizaam. Ze kon Adam niet aankijken – als hij zou weten wat er nu door haar hoofd ging, zou ze dat zichzelf nooit vergeven. ”Wat?” bracht ze daarom moeizaam uit, alsof ze hem niet verstaan had. Ze wist dat hij haar waarschijnlijk niet zou geloven, maar het viel te proberen. Banning had een tijdje staan kijken, maar liep nu in de richting van Adam en Cleo. “Oh! Ik wist helemaal niet dat ik hier met een koppel te maken had!” zei hij nuchter. Cleo keek geschrokken in zijn richting, hoewel er dit keer in haar blik kilte te zien was. Waar hád hij het over? Dit kon gewoon de waarheid niet zijn. Het was allemaal onzin, toch? Ze voelde niets voor hem. Daar was ze verzekerd van. Hoewel… Maar dan was er voor Banning nog geen reden om te denken dat ze iets hadden. Ze kénde Adam amper. ”Zei ik iets verkeerds?” vroeg Banning onzeker, nadat hij een stap achteruit had gedaan. Om Cleo’s kille blik te ontwijken keek hij naar Adam. Hij had duidelijk niet door wát hij precies verkeerd had gezegd, maar Cleo had de indruk dat ze wel duidelijk had gemaakt dat hij ongelijk had. Ze hoopte het wel, in ieder geval. Hoe kwam hij op het idee dat ze een stel waren? Het was pure onzin. Ze kwamen niet eens in de richting! Waarschijnlijk had hij Adam’s woorden niet gehoord, en alleen een indruk gekregen van de bloem. ”Sorry,” fluisterde Cleo zwakjes, waarna ze haar hoofd schudde en opstond. Ze kon het niet. Het enige wat ze op dit moment wilde, was ontsnappen. Ontsnappen van de woorden die professor Banning had uitgesproken, ontsnappen van de onderdrukte gevoelens die boven kwamen, ontsnappen van de misselijkheid die ze er door kreeg. Dat ze aan Adam wilde ontsnappen, verzweeg ze voor zichzelf. Kort haalde ze diep adem, mompelde iets onverstaanbaars en liep geluidloos weg van het bankje. Door de misselijkheid kreeg ze overgeefneigingen, en ze weigerde om te kijken. In plaats daarvan drukte ze haar hand, samen met een stuk van haar gewaad, tegen haar mond. Laat me toch met rust, fluisterde ze haar gevoelens geluidsloos toe. Het werkte niet. Voor de tweede keer beet ze op haar lip, totdat ze bloed proefde. Het was fout, dat wist ze, en ze realiseerde het een tweede keer toen de overgeefneigingen erger werden. Houd op! Stop! Ik wíl niet. Het hielp niet. [/font][/ul]
|
|
|
Post by melien on Jun 6, 2008 18:31:21 GMT 2
Adam had naar Cleo geglimlacht. Hij kon gewoon niet anders. Cleo deed iets met hem, hij wist alleen niet wat, maar het verwarde hem wel erg. Hij wilde zijn mond open doen om iets te zeggen toen professor Banning iets zei. Het duurde even tot de betekenis van de woorden tot hem doordrongen, maar toen hij besefte wat er zojuist was gezegd keek hij alleen maar met verbijstering naar professor Banning. De verbijstering was weliswaar niet af te lezen van zijn gezicht, maar voor een keertje spraken zijn ogen dat uit wat hij voelde.
"S.. sorry?" bracht hij uiteindelijk uit. "Een stel? Wij?" Hij vroeg het wel alsof het complete onzin was, maar ergens diep van binnen was er toch dat ene gevoel dat zei dat hij niets liever wilde dan dat. Dit maakte hem alleen maar onzeker. Maar het laten merken? Nooit. Dat deed hij gewoon niet, het kwam niet eens meer in hem op. "Ik geloof dat u het verkeerde idee heeft." zei hij op een wat normalere toon. Normaal voor hem dan aangezien er niets dan kalmte in zijn stem door klonk.
Hij keek met een verbaasde blik in zijn ogen naar Cleo die opstond en weg liep. Dat was niet de bedoeling geweest. Hij steunde met zijn armen op zijn boven benen. Hij wist niet wat hij moest doen. Hij had de neiging om weer naar haar toe te lopen, maar tegelijkertijd had hij de neiging om de andere kant op te lopen. Hij schudde zijn hoofd, dit was maar raar. Dit hoorde niet bij hem.
Na een poosje besluiteloos naar de grond te hebben gekeken, ontsnapte er een zucht aan zijn lippen. Hij schudde zijn hoofd nogmaals en stond op. De bloem liet hij naast zich liggen. Daar had hij toch neit echt iets aan. Hij pakte zijn toverstok steviger beet en toverde kleine, amper merkbare, lichtjes in de lucht waardoor de plek wat verlicht werd en het schemerdonker verdween.
|
|