|
Post by lilya on Nov 27, 2008 12:02:05 GMT 2
Wie: Simon Alvin
Simon zat op een grote steen aan de waterkant van het meer, te staren naar de overkant, om geen specifieke reden. Het was een mooie dag, de zon stond hoog, of, zo hoog als mogelijk in de noordelijke Highlands, aan de hemel, het licht weerkaatsend van een spiegelglad wateroppervlak. Het was een van de eerste mooie, warme, dagen sinds de winter, en enkele bloemen staken al nmoedig de kop op. HIj glimlachte om de inktvis die loom een tentakel uit het meer stak, heen en weer zwaaiend, alsof hij iemand groette. Hij zou op dit moment kunnen gaan zwemmen, schatte hij in, al zou het water ijskoud zijn, maar hij kon wel wat hebben, dacht hij zo.
In een vlaag van verstandverbijstering trok hij z'n shirt over z'n hoofd, gooide het op de steen, die hij nu achter hem had gelaten en sprong met een sierlijke duik het water in, om even later proestend weer boven te komen, zijn tanden licht klapperend van de kou, maar dat zou snel genoeg voorbij gaan. Hij keek nu vanuit het water naar de steen waarop hij had gezeten, en zag wat andere mensen verbijsterd kijken naar de plek waar hij nu in het water lag. Hij grijnsde naar ze, al zouden ze het waarschijnlijk niet goed kunnen zien, en stak, in imitatie van de inktvis een arm omhoog, loom zwaaiend.
Nogsteeds een grijns op zijn gezicht leunde hij achterover, om te blijven drijven, vlak onder het oppervlak, heerlijk rustig.
|
|