|
Post by lilya on Dec 1, 2008 10:17:00 GMT 2
Simon zat buiten de Uilenvleugel, bovenaan de trap. Hij zou eigenlijk brieven moeten wegsturen op dit moment, naar zijn ouders en broer, maar zo'n zin had hij daar niet in. Zijn broer, ok, Robin was nooit anders tegen hem gaan doen en daarbij was hij op dit moment enigszins het zarte schaap van de familie, Simon grijnsde, het was bij z'n ouders niet geheel in goede aarde gevallen toen zijn oudere broer thuis kwam met een man in plaats van met een vrouw. Weer een kans minder om de lijn door te zetten, want van hem verwachten ze ook niet bepaald dat hij hen kleinzonen zou brengen, dus hun laatste hoop was gevestigd op zijn kleine zusje, waar ze op dit moment een fatsoenlijke Puurbloed jongen voor aan het zoeken waren.
Hij grinnikte. Hij kende z'n zusje zo onderhand, en wist dat zij zich niet zou laten verkopen als een vette koe waar de boer van hoopt dat ze een goede prijs op zou brengen. Nee, als het aan haar lag zou ze trappen, bijten, schreeuwen, alles, zolang ze maar zelf zou mogen kiezen. Ze had gelijk, dacht hij bij zichzelf. Gelukkig hadden zijn ouders hem ongeschikt geacht om een Puurbloed meisje voor te zoeken, waarschijnlijk omdat ze bang waren een modderfiguur bij haar ouders te slaan als ze erachter kwamen wat hij was, grinnikte hij. Hij draaide de brieven nog een om, rolde ze open en rolde ze weer op. Hij zou eigenlijk uilen moeten zoeken, om ze nog voor het eind van de week weg te sturen.
|
|
|
Post by » Jasmijn « on Dec 1, 2008 16:50:10 GMT 2
[/i] Gelukkig voor Eva hadden Mike en zij een goede band anders had Mike het haar nooit opgestuurd. Hij was echter wel nieuwsgierig naar wat ze ermee van plan was. Maar dat kon hij haar natuurlijk niet vragen. Tenminste, niet in het openbaar, maar wel in een brief. En dat had hij dan ook gedaan. In gedachte verzonken was Mike al bij de uilenvleugel aangekomen. Vol automatisch had hij de deur geopend. Het zoeken van een geschikte uil ging echter niet vanzelf. Gelukkig werd Mike door de klap van de deur, die achter hem dichtzwaaide, uit zijn gedachtes getrokken. Net iets te laat kwam hij tot de ontdekking dat hij buiten op de trap iemand had zien zitten. En als hij het goed gezien had, kwam deze persoon ook uit Zwadderich. Hij liep weer naar buiten en keek de jongen aan. "Ik zou naar binnen gaan als ik jouw was." Zei hij. "Het is ontzettend koud. Of heb je een reden dat je graag ziek wilt worden?" Voegde Mike er nog net niet grinnikend aan toe. Ondertussen keek hij de nogal vreemde jongen vragend aan.[/ul]
|
|
|
Post by lilya on Dec 1, 2008 17:22:05 GMT 2
Nog in gedachten verzonken hoorde Simon iemand de trap oplopen, en toen hij opkeek van de rolletjes zag hij een jongen die hem vaag bekend voor kwam, hoogstwaarschijnlijk ook een Zwadderaar. Maar hij lette er niet op, omdat de jongen zelf ook diep in gedachten leek gezonken, met een brief in zijn hand. Hij hoorde de deur dicht vallen toen de jongen binnen was en Simon draaide een kwartslag, zodat z'n rug tegen de stenen muur rustte. Die brieven moesten eigenlijk echt weg, dacht hij bij zichzelf.
Toen de deur opnieuw dicht viel keek hij op, in het gezicht van de andere jongen. Die vroeg of hij niet beter naar binnen kon gaan, tenzij hij een goede reden had om ziek te worden. Hij hoorde de ondertoon in de stem van de jongen en moest grijnzen, al was het maar om de toon. Hij haalde zijn schouders op, een gespeelde onschuldige blik op z'n gezicht. "Ach, wie weet, een zesde lesuur Geschiedenis van de Magie, of een lesje Transfiguratie. Wie weet." Hij haalde opnieuw z'n schouders op, dit keer serieus, "Maar ik heb niet bar veel last van de kou. Het valt toch ook best mee?" Hij beantwoorde de jongens vragende blik met een van zichzelf.
|
|
|
Post by Merel on Dec 1, 2008 18:32:12 GMT 2
[/color] & Flora Delacour[/color][/center] [/b] Ze klonken beide geïrriteerd en je kon hun gezichten amper zien. Ze vonden sneeuw leuk, maar dat kwam omdat op de plek waar zij woonde in Frankrijk het eingelijk nog nooit gesneeuwd had. Maar verder haatte ze de kou hier. Daarom liepen ze er ook bij alsof ze twee eskimo's waren. Elk ander normaal mens, die gewoon uit Engeland kwamen zouden ze voor gek verklaren. Niet dat ze dat iets kon schelen.. Maar goed. Toen ze bijna boven kwamen zag je dat Aylin nog net voorzich keek en de jongens zo net op tijd zag. Ze stootte haar tweelingzus aan zodat deze ook eens voor zich keek. "A bonjour Mike! Commant ça vas?" vroeg Aylin glimlachend maar ook plagend door het in het frans te zeggen. "En Bonjour... O nou ben ick je naam kwijt," Mopperde Aylin vervolgens terwijl ze naar haar andere afdelingsgenoot keek. Was het niet iets als Simon? Maar omdat ze het niet zeker wist, zij ze het niet. Flora stond er echter wat gehumeurd bij. Dat Aylin het nou ook goed met de andere afdelingen kon vinden was leuk.. Maar dat betekende dus niet meteen dat Flora het goed met de Zwadderaars kon vinden.. Meestal juist het tegenover gestelde daarvan. [/ul]
|
|
|
Post by » Jasmijn « on Dec 2, 2008 16:35:19 GMT 2
[/b] zei Mike nu grinnikend. "Ik vind het niet mee vallen, hoor," zei hij en om zijn zin kracht bij te zetten sloeg hij zijn mantel nog wat steviger om zich heen. Na een paar seconde kwam Mike tot de ontdekking dat hij helemaal niet wist hoe zijn afdelingsgenoot eigenlijk heette. En de jongen wist zijn naam waarschijnlijk ook niet. Hij stak zijn hand uit. "Aangenaam kennis te maken, trouwens," Zei hij ondertussen. "Ik ben Mike Larkin."Op dat moment zag hij de tweeling. Hij herkende ze meteen. Niet door hun uiterlijk, maar meer door de cape van Beauxbaton die zij omhadden. Hij hoorde het gesprek, maar verstond er niks van. Hij wou zich net weer tot Simon richten die voor hem zat toen hij zijn naam hoorde. Hij keek Aylin vragend aan. "Wat is er met mij?" Vroeg hij nieuwsgierig. Hij sprak geen woord frans, dus het was ook niet zo gek dat hij niet had verstaan wat hem net gevraagd werd.[/ul]
|
|
|
Post by lilya on Dec 18, 2008 15:43:26 GMT 2
Terwijl hij wachtte op een antwoord can de jongen hoorde hij twee stemmen, die steeds dichterbij kwamen, beiden met een zwaar accent. Hij zou toch zweren dat hij in ieder geval een ervan eerder had gehoord, hoogstwaarschijnlijk in de leerlingenkamer, maar hij wist het niet zeker. Toen ze in beeld waren kon hij niet anders dan lachen. Het was niet eens zo heel verschrikkelijk koud, maar die meiden liepen erbij alsof ze op de noordpool waren in plaats van in Schotland. Natuurlijk, hier werd het in de winter ook frisjes, maar om nou met bontjassen rond te lopen ging hem een beetje te ver. Toen keek hij naar de jongen, die zich inmiddels al had voorgesteld en nu met zijn hand uitgestoken stond te wachten.
Simon werkte zich omhoog en schudde de jongen, Mike, de hand, ondertussen de naam in zijn geheugen printend. "Hetzelfde. Simon Alvin." Hij haalde zijn shouders op, "Maar de kou vind ik echt meevallen hoor." De meisjes kenden de jongen tegenover hem blijkbaar al, omdat de een hem bij zijn naam aansprak en toen ze zich tot Simon wendde herkende hij haar gezicht. Ze was inderdaad een huisgenoot, maar haar naam moest hij schuldig blijven. Ook naar de beide meiden stak hij z'n hand uit. "Simon. Simon Alvin." Een kort ogenblik bleef hij stil, voor hij eruit flapte, "Maar jullie namen ben ik helaas kwijt..." Wederom haalde hij zijn schouders op, dit maal verontschuldigend.
|
|