|
Post by Ridje on Jan 18, 2009 23:59:00 GMT 2
Stil zat ze daar en keek naar de ingang van de Leerlingenkamer, de woorden waren al talloze keren herhaald maar het goede antwoord kwam maar niet in haar op. Green zuchtte en keek dan naar het raampje naast haar waar ze de uil net door had weg gestuurd richting Jennice. Ze keek we naar de deur met de kop van de adelaar erop en zuchtte dan nog eens. "Zou ik het nog 1 keer mogen horen?" vroeg Green dan waarna de snavel van de adelaar weer open ging. 'Wat kan de doden terugbrengen; Kan ons weer jong maken, maakt ons aan het lachen maar ook wel aan het huilen, Het maken is zo gebeurt maar het gaat een leven lang mee.' De snavel sloot zich weer en Green liet alweer een zucht los waarna ze zich naar achter liet vallen en haar handen onder haar hoofd legde waarna ze naar het dak keek. Ze wist dat ze zeker moest zijn van haar antwoord anders moest ze hellemaal wachten op iemand anders. Je mocht namelijk maar 1 keer iets zeggen anders moest je wachten op iemand die het wel wist dat was de les die je bij Rafenklauw leerde. Green had liever gehad dat ze een wachtwoord hadden gehad net als bij Griffoendor en Zwadderich. Maar helaas Rafenklauw testte zijn leerlingen met een raadsel.
|
|
|
Post by Merel on Apr 10, 2009 17:52:43 GMT 2
[/b] riep ze terwijl ze een sprintje trok naar haar toe. "Meissie toch, ik mag niet hopen dat je hier al te lang zit?" vroeg ze terwijl ze bij haar halt hield. Want in dat geval moesten ze maar eens even snel het raadsel oplossen zodat ze naar binnen konden. En anders.. anders verzonnen ze er nog wel wat op. Vast wel.[/ul]
|
|
|
Post by Ridje on Apr 22, 2009 17:27:56 GMT 2
Stil keek ze naar de snavel van de adelaar terwijl haar gedachten op volle toeren draaide. De brief van Jennice lag naast haar en de uil die hem bezorgd had zat op haar arm vrolijk te krassen door het gekriebel van Greens vingers onder die zijn snavel. Verveeld zuchtte Green en keek naar de uil. “Weet jij het niet lief uiltje?” Vroeg ze dan sip en pakte haar tas waar ze wat spullen uit haalde. Een veer met inkt, haar boeken van die dag, haar gebruikelijke rommeltje en tenslotte een zak met dropjes die ze bij het laatste bezoek aan Zweinsveld gehaald had. Toen alles weer in haar tas zat nam ze een dropje waarna ze weer nadacht.
De uil hopte vrolijk van haar arm en ging op de vensterbank zitten waar hij naar Green keek. Na nog wat nagedacht te hebben, zonder enig resultaat, grijnsde Green en pakte haar tas weer en haalde er een boek uit. ‘Hogwarts, A History’ stond er in grote letters op de voorkant. Met een tevreden glimlach liet Green zich weer op haar achterste zakken en sloeg het boek open waarna ze zocht naar iets wat van nut kon zijn.
Verbaasd keek het meisje op toen ze geroepen werd en glimlachte dan blij, opgelucht en vrolijk. “Jennn!!” Riep Green terug waarna ze naast zich op de grond klopte. “Kom maar even zitten, het is een moeilijke namelijk.” Grijnsde ze dan. “Langer dan normaal ben ik bang. Maar daar kan jij ook niks aan doen lieverd.” Zei Green dan, blij dat haar vriendin haar te hulp schoot. Daarna wees ze naar de adelaar. “Mogen wij het raadsel nog eens horen beste Adelaar.” Vroeg Green dan, het was een trucje dat ze altijd gebruikte. De adelaar raakte namelijk snel geïrriteerd als het raadsel meerdere malen herhaald moest worden dus Green had uitgevonden dat je lief moest zijn tegen hem. De adelaar opende voor de zoveelste maal zijn snavel en begon weer met het raadsel. Green hoopte dat Jennice het wel zou weten.
|
|